Hopveld Asse
Hopveld als monument
Wat in de streek rond Asse eens de dagelijkse bekommernis van de mensen was lijkt bijna vergeten als erfgoed. Asse is geëvolueerd van prominente Hop-stad naar een forenzenstad van Brussel. Gelukkig laten de regelmatig terugkerende Hop-Duvel-feesten de geschiedenis enigszins herleven. Maar naast deze oogstfeesten had de hopteelt veel meer invloed op de ontwikkeling van de streekeigen cultuur. Geloof, geneeskunde, sociale omgang en levenswijsheden hadden en hebben hier vele linken met de hopteelt. Respect voor deze authenticiteit geeft stabiliteit, meerwaarde en identiteit aan Asse. Daarom is het opnieuw in gebruik nemen van een 'hopveld ruïne' in Asse een zeer waardevol initiatief. Het helpt nieuwe generaties en nieuwkomers Asse en zijn bewoners te leren kennen en waarderen.
Om dit uitgangspunt te realiseren volstaat het echter niet alleen het veld in ere te herstellen en er opnieuw jaarlijks de hop te telen. Een heldere educatieve begeleiding is essentieel om de toeschouwers inzicht in het belang van de hop voor de streek te geven. Naast een educatieve handleiding bij het hopveld, als monument voor de historische basis van de stad, draagt ook de kunstintegratie bij aan de ervaring tot herbeleving van een tijd, die de wortels van de streekcultuur vormen.
De kunstintegratie inspireert zich op de spirituele belevingswereld van de mensen uit die tijd. Een tijd waarin het geloof het vertrouwen steunde op een rijke oogst.
De hopheiligen beschermde de velden tegen alle onheil. Als 'vogelverschrikkers' beschermde ze de gewassen tegen slechte weersomstandigheden en epidemieën. Ze hielpen de planten gezond te houden en zorgde voor een hoge opbrengst.
De kunstintegratie bestaat uit acht grote ijzeren panelen en een rondgang in betontegels.
De namen van de hoppeheiligen: SINT ARNOUT, SINT JAN DE DOPER, SINT PETRUSASCANUS, SINT ROCHUS, ONS LIEF VROUWKE IN DE HOP, HH KRUISSEN VAN ASSE en de woorden: HUMULUS LUPULUS, (de Latijnse benaming van HOP) zijn uitgespaard uit zeven grote metalen platen. Deze panelen zijn verspreid over de rijen hopplanten, parallel in deze rijen geplaatst. In de wintermaanden, wanneer het veld zonder begroeiing is, geeft de structuur van de belettering de richting van de groeistructuur weer. Wanneer de planten beginnen te groeien versmelten de panelen met de beplanting. De gangen tussen de rijen blijven vrij. In het voorbij gaan door de gangen worden de panelen ontdekt en geven ze een gefilterd doorzicht naar de volgende gang. De belettering is ontleend aan de oude lettersjablonen voor de jutte zakken waarin de hoppebellen werden verzameld.
Door de tweede gang en rond het terrein is er een tegelpad aangelegd. In de tegels van de rondgang zijn teksten uit oude kruidenboeken opgenomen. Tijdens de wandeling door en rond het veld kunnen deze oude waarheden gelezen worden.